Het moet in deze tijd voor de paasdagen geweest zijn dat Maria Jezus opzocht en dat zij een albasten fles nam en brak. Maria storte vanuit de liefde van haar hart de hele fles leeg in het volste vertrouwen dat ze daarmee bij Hem moest zijn.
Maria die zo graag aan Jezus voeten zat en van Hem leerde, ook al leverde dat verwijten van haar zus op.
Zij trad nu naar voren in het huis van Simon en getuigde: Mijn Jezus gaat nu lijden, sterven èn Hij zal weer opstaan, want dat heeft Hij gezegd. Daarom moet Hij nu deze zalving ontvangen met de geur van leven, want dat is wie HIj werkelijk is: de Levende. Opnieuw roept het gedrag van Maria veroordeling op, nu van Zijn leerlingen en vrienden.
Hoe komt Maria hieruit weg? Schuldloos, in de vrede van Jezus werd ze door Hem uitgezonden en zo heeft zij de geur van leven verspreid!